Voor het kunnen en mogen werken aan Elektrotechnische installaties heb je als medewerker een aanwijzing nodig. Deze aanwijzing geeft aan welke werkzaamheden en/of handelingen jij mag uitvoeren tijdens het werken aan een Elektrotechnische installaties.
Heb je geen aanwijzing; dan mag jij dus geen werkzaamheden verrichten aan een Elektrotechnische installatie!
Het werken aan elektrotechnische installaties is onder te verdelen in vier domeinen, te weten:
BEI-BLS en BEI-BHS
De BEI-BLS en BEI-BHS zijn van toepassing op het elektriciteitsnetwerk welke in het beheer zijn van de Netwerkbedrijven (energieleverancier). Denk hierbij aan partijen zoals Liander, Enexis en/of Stedin. Daarnaast zijn er nog een aantal kleinere netbeheerders. Kort samengevat de elektrische installatie “voor de kWh-meter”. Denk hierbij aan de energiecentrale (waar de opwekking plaatsvindt), tot het distributienetwerk (elektriciteitskabels) maar ook aan openbare voorzieningen zoals; openbare verlichting en/of openbare laadpalen. Binnen Heijmans mag alleen de bedrijfsstroom Heijmans Infra werkzaamheden verrichten aan dit elektriciteitsnetwerk.
NEN 3140 en NEN 3840
De NEN 3140 en de NEN 3840 zijn van toepassing op “eigen” installaties. Kort samengevat de elektrische installatie “na de kWh-meter”. Oftewel een private eigenaar. Dit kan zijn een gebouweigenaar maar ook de elektrische installatie in woonhuizen. Denk hierbij aan Ziekenhuizen, RWS-objecten, RVB-gebouwen, etc. etc. Heijmans Utiliteit is alleen werkzaam in de NEN 3140. Heijmans Infra verricht werkzaamheden in de NEN 3140 en de NEN 3840.
In de domeinen BEI-BLS en BEI-BHS wordt onder bedrijfsvoering begrepen:
In de domeinen NEN 3140 (artikel 3.1.2) en en NEN 3840 wordt onder bedrijfsvoering begrepen:
beheer, inclusief alle elektrotechnische en niet-elektrotechnische werkzaamheden, noodzakelijk om de elektrische
installatie onder normale en onder abnormale omstandigheden te kunnen laten werken
Opmerking 1 bij de term:
Beheer omvat organisatie en activiteiten. Onder activiteiten vallen onder andere schakelen, regelen, bewaken,
installeren, inspecteren, onderhouden en documenteren.
Er zijn zes risico's die horen bij het werken aan en/of met elektrotechnische installaties;
met daarbij verwondingen en/of de dood tot gevolg.
Deze risico’s worden geminimaliseerd door het opzetten van een juiste bedrijfsvoering elektrotechnische installaties voor Heijmans en een daarbij passende aanwijzing voor de medewerker(s).
Om een gedegen structuur te waarborgen heeft Heijmans sinds jaren een beleid om te werken aan elektrotechnische installaties. Sinds 2021 zijn de verschillende Heijmans bedrijfsstromen qua beleid geharmoniseerd en zijn de verschillen tot een minimum beperkt. Dit heeft er onder andere in geresulteerd dat de Heijmans bedrijfsstromen eenvoudig gebruik kunnen maken van elkaars medewerkers zonder dat hij/zij opnieuw aangewezen dient te worden.
Wat staat er zoals in de beleidsnotitie beschreven:
Er zijn vier beleidsnotities voor de Heijmans bedrijfsstromen welke de uitgangspunten en de werkwijze beschrijven:
Een gedelegeerd gemachtigde schrijft namens Heijmans de aanwijzing uit met daarop de taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden welke voor jou, als aangewezene, van toepassing zijn.
Voor dat je een aanwijzing krijgt wordt je door de gedelegeerd gemachtigde minimaal getoetst op:
Om een goede invulling aan bovenstaand toets kader te kunnen geven is de tijd tussen het aanvragen en het uitgeven van een aanwijzing gesteld op 10 werkdagen.
In bijlage één van de beleidsnotitie staat een overzicht met de diverse gedelegeerd gemachtigden en hun reikwijdte van wat men mag aanwijzen.
Indien u werkzaamheden uitvoert aan de elektrische installatie, welke in het beheer is de opdrachtgever en/of gebouweigenaar dient u een schriftelijke aanwijzing te hebben vanuit Heijmans conform de NEN 3140 en/of NEN 3840, afhankelijk of u in de laagspanning- en/of in de hoogspanning werkzaamheden verricht.
Op de aanwijzing staan uw taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden voor het werken aan een elektrotechnische installatie.
Uitgangspunt is dat alle werkzaamheden, welke binnen de NEN 3140 en/of NEN 3840 spanningsloos worden uitgevoerd!
In de NEN 3140 wordt in paragraaf 6.2 duidelijk beschreven wat de vijf essentiële eisen zijn, in de aangegeven volgorde, om spanningsloos te kunnen werken:
1) Scheiden (zie voor meer informatie de NEN 3140 – paragraaf 6.2.2);
2) Beveiligen tegen opnieuw inschakelen (zie voor meer informatie de NEN 3140 – paragraaf 6.2.3);
Zie ook de toolbox Lock-Out Tag-Out (Try-Out) - LOTO-(TO)
3) Controleren of de elektrische installatie spanningsloos is (zie voor meer informatie de NEN 3140 – paragraaf 6.2.4);
Voor het vaststellen van de spanningsloze toestand moet een tweepolige spanningsaanwijzer worden. De tweepolige spanningsaanwijzer moet onmiddellijk vóór en na het gebruik worden gecontroleerd op de goede werking.
Houd onder andere rekening vreemde voedingen (denk o.a. aan: ontladen van condensatoren, frequentieomvormers, laadpalen voor een E-voertuig en zonnepanelen).
4) Aarden en kortsluiten (zie voor meer informatie de NEN 3140 – paragraaf 6.2.5);
5) Actieve delen afschermen (zie voor meer informatie de NEN 3140 – paragraaf 6.2.6).
De installatieverantwoordelijke en de werkverantwoordelijke regelen in overleg wie verantwoordelijk is voor de uitvoering van deze bovenstaande essentiële eisen.
Niet alleen het aanraken maar ook het in de buurt komen van actieve delen wordt gezien als ‘werken onder spanning’. Om dit te verduidelijken en zichtbaar te maken is er in de NEN 3140 een Tabel opgesteld (tabel 105 - Waarden van de grenzen van de gevarenzone) en een figuur getekend (figuur 2 – NEN3140) en wordt de ruimte “in de buurt komen” benoemd als gevarenzone.
De gevarenzone is het gebied rondom een actief deel*. Hieronder vind je een overzicht van de minimale afstand die gehouden moet worden van actieve delen in de de gevarenzone volgens de Tabel 105 en figuur 2 van NEN 3140:
tabel 105 - Waarden van de grenzen van de gevarenzone | Figuur 2 | ||
Werkzaamheden | Minimale afstand (Dl) |
| |
Bij meten | 0.05 mtr = 5 cm | ||
Bij bedienen | 0.1 mtr = 10 cm | ||
Bij overige werkzaamheden | 0.5 mtr = 50 cm |
De gevarenzone kan worden verkleind door een isolerende afscherming of beveiligingsmiddel, zoals te zien in de afbeelding.
Spanningsloosheid aantonen door middel van een meting:
Om spanningsloosheid aan te tonen dienen er metingen te worden uitgevoerd. Het uitvoeren van deze meting zal plaats kunnen vinden in de gevarenzone. Denk hierbij aan metingen op een open rail. Daarnaast kunt u ook een meting verrichten aan aansluitingen welke aanraakveilig zijn.
Bij het meten en bedienen dienen wel de juiste aanvullende PBM’s te worden gedragen. Zie bijlage H van de NEN 3140 voor extra toelichting. Hieronder kort samengevat in een matrix:
Kortsluitvermogen: | Aanraakveilig | Niet-aanraakveilig |
Beperkt kortsluitvermogen maximale voorliggende beveiliging - smeltveiligheden ≤ 25 A - installatieautomaten ≤ 16 A | Bijvoorbeeld meten op WCD, voorzien van afdekraam. Geen extra PBM’s benodigd. | Bij een meting waarbij de handen in een gevarenzone komen, maar waar het kortsluitvermogen beperkt is, behoren ten minste isolerende handschoenen te worden toegepast. |
Hoog kortsluitvermogen maximale voorliggende beveiliging - smeltveiligheden > 25 A - installatieautomaten > 16 A | Voorbeeld meten op installatieautomaat 40 A (aansluitklemmen zijn aanraakveilig). Zorg dat meetinstrument geen kortsluiting kan veroorzaken:
| Voorbeeld meten op open rail. Zorg dat meetinstrument geen kortsluiting kan veroorzaken:
|
Deze werkzaamheden vallen in theorie onder “werken onder spanning”, maar deze werkzaamheden dienen uitgevoerd te kunnen worden om aan te kunnen tonen dat er geen spanning meer op het installatiedeel staat waaraan gewerkt wordt.
* = actief deel = een actief deel is een geleidend onderdeel van een elektrische installatie waarop bij normaal bedrijf spanning staat of kan staan met inbegrip van de nulgeleider.
Conform artikel 3.5 lid 5 van het Arbeidsomstandighedenbesluit is het werken onder spanning verboden!
Heijmans heeft hiervoor de volgende beheersmaatregelen vastgesteld. Per bedrijfsstroom en/of domein kunnen afwijkende beheersmaatregelen.
Heijmans Utiliteit heeft als stelling dat werkzaamheden, welke vallen onder de NEN 3140 te allen tijden spanningsloos uitgevoerd dienen te worden, conform artikel 3.5 lid 5 van het Arbeidsomstandighedenbesluit.
Heijmans Infra heeft als stelling dat werkzaamheden, welke vallen onder de NEN 3140, te allen tijden spanningsloos uitgevoerd dienen te worden, conform artikel 3.5 lid 5 van het Arbeidsomstandighedenbesluit.
NEN 3140 – aanvulling:
Bepaling 6.3, van de NEN 3140, beschrijft een mogelijkheid dat er onder strikte condities en voorwaarden bepaalde werkzaamheden onder spanning mogen worden verricht. Heijmans stelt hierbij aanvullend op deze bepaling, de volgende voorwaarden:
Heijmans Infra wil met bovenstaande beheersmaatregelen voorkomen dat er werkzaamheden onder spanning worden uitgevoerd zonder dat de juiste afwegingen zijn gemaakt en daardoor de monteur onnodig risico heeft gelopen
Deze werkzaamheden worden bij Heijmans alleen uitgevoerd door Heijmans Infra.
Heijmans Infra heeft als stelling dat werkzaamheden, welke vallen onder de NEN 3840, te allen tijden spanningsloos uitgevoerd dienen te worden, conform artikel 3.5 lid 5 van het Arbeidsomstandighedenbesluit.
Deze werkzaamheden worden bij Heijmans alleen uitgevoerd door Heijmans Infra.
Indien u direct werkzaamheden uitvoert aan het elektrische installatie welke in het beheer is van het Energiebedrijf, dan dient u een schriftelijke aanwijzing te hebben vanuit Heijmans conform de BEI-BLS en/of BEI-BHS, afhankelijk of u in de laagspanning- en/of in de hoogspanning werkzaamheden verricht.
Deze aanwijzing dient u altijd bij u te hebben en moet getoond kunnen worden aan de Werk- of Installatieverantwoordelijke. Daarnaast is het mogelijk dat een inspecteur van het energiebedrijf u vraagt om uw aanwijzing; deze dient u ook aan deze functionaris te tonen.
Naast de aanwijzing, welke maximaal 3 jaar geldig is, van Heijmans krijgt u ook een persoonlijke raamopdracht. Op de persoonlijke raamopdracht staan de VWI’s benoemd die u op basis van uw competentie zijn toegekend. VWI staat voor Veilig Werk Instructie.
De raamopdracht is één jaar geldig en wordt uitgeschreven door de Werkverantwoordelijke van uw regio en/of project.
Heeft u vragen over uw werkzaamheden en/of de elektrotechnische installatie dan dient u contact op te nemen met uw Werkverantwoordelijke van Heijmans of uw Uitvoerder (welke u met de WV-er van Heijmans in contact kan brengen).
Voor meer informatie over de BEI-BLS en/of BEI-BHS kunt u vinden op www.beiviag.nl
Werkzaamheden aan een elektrische installatie welke in het beheer is van het Energiebedrijf worden, indien mogelijk, spanningsloos uitgevoerd. U dient er met uw werkzaamheden wel vanuit te gaan dat er spanning op de installatie kan staan en daarom dient u alle voorzorgsmaatregelen te nemen als zijnde “werken onder spanning”.
Spanningsloos werken is helaas bij deze installaties niet altijd mogelijk. U dient daarom alle voorzorgsmaatregelen te nemen welke behoren bij de werkzaamheden zoals benoemd in de desbetreffende VWI welke aan u is toegekend.
Indien u als medewerker toch werkzaamheden onder spanning uitvoert zonder de juiste aanwijzing en/of schriftelijke opdracht zal het sanctiebeleid van Heijmans van toepassing zijn. Als ultieme middel is ontslag mogelijk.
Dit om u, maar ook uw collega's, te beschermen!
Indien u de opdrachtgever, of uw leidinggevende, wel wil dat u werkzaamheden onder spanning, maar u bent hiervoor niet juist aangewezen en/of de juiste schriftelijke opdracht heeft, dan dient u deze werkzaamheden absoluut niet uit te voeren! Neem gelijk contact op met de uw Werkverantwoordelijke of met de Veiligheidskundige van uw bedrijfsstroom of Business Unit.
Ken jij je eigen aanwijzing?
Vallen metingen ook onder “werken onder spanning”?
Hyperlink naar de beleidsnotitie op BPS en/of HUMS – link is alleen geldig voor Heijmans medewerkers met toegang tot het Bedijfs Processen Systeem (BPS):
HU-Beleidsnotitie-NEN 3140 (her)instructie en aanwijsbeleid.pdf
HI-Beleidsnotitie-NEN 3140 (her)instructie en aanwijsbeleid.pdf
HI-Beleidsnotitie-NEN 3840 (her)instructie en aanwijsbeleid
HI-Beleidsnotitie-BEI-BLS-BHS (her)instructie en aanwijsbeleid.pdf
Scan de volgende code met de app om deze toolbox te bekijken.